Vindt u dit gat in uw tuin? Zo herkent u een slangenhol en wat u moet doen

Met het zomerweer verandert uw tuin snel in een paradijs voor dieren — en soms zelfs voor slangen. Leer hoe u hun aanwezigheid via kleine gaten herkent, welke tekenen u extra in de gaten moet houden en hoe u veilig en gerust samenleeft met de wilde natuur in Nederland, zomer 2025.

Met de eerste zomerse warmte veranderen onze tuinen, binnenplaatsen en zelfs dakterrassen in toevluchtsoorden voor allerlei dieren. Terwijl wij genieten van koffie op het terras of een barbecue in het Vondelpark, ontwaakt de natuur uit haar winterrust — en sommige dieren zoeken juist dan graag verkoeling of beschutting bij de mens. Slangen, vaak onterecht gevreesd, zijn daar een schoolvoorbeeld van. Ze blijven grotendeels verborgen, laten zelden van zich horen en kiezen plekken die veilig én koel zijn. En hoewel lang niet elke slang gevaarlijk is, roept hun aanwezigheid vaak vragen of lichte paniek op. Meestal ziet u het dier zelf niet, maar verraden kleine signalen hun aanwezigheid – zoals mysterieuze gaatjes in de grond. Vaak worden die afgedaan als het werk van insecten of muizen. Toch kan het zo’n onschuldig gat in werkelijkheid een tijdelijk huis voor een slang zijn.

Hoe ziet het eruit: Is dat gat in de aarde een slangenhol?

Slangen zijn koudbloedige dieren. Ze kunnen hun lichaamstemperatuur niet zelf regelen en zoeken daarom in de winter diepte of spleten om energie te besparen. Zodra de zomer aanbreekt — en iedereen weer Rosé drinkt op de veranda — komen ze langzaam weer uit hun schuilplaatsen.

Vaak gaat het misverstand rond dat slangen actief onze huizen benaderen. In werkelijkheid volgen ze simpelweg hun instinct: scherp op zoek naar schaduw, vocht, voedsel en rust. Nederlandse tuinen, met beschutte plekjes, vijvers, composthopen en genoeg kleine prooidieren — wormen, kikkers, muizen — zijn dan ook aantrekkelijk terrein. En dankzij de steeds warmere zomers in 2025 lijkt het aantal waarnemingen nog wat te stijgen.

Een van de allereerste signalen: opvallende kleine gaten in het gras of onder struiken. Maar — niet elk gat wijst op een slang. Mollen maken immers een heel gangenstelsel, net als muizen. Het grote verschil: slangen graven zelf géén holen (ze missen tenslotte pootjes), maar nemen graag andermans lege schuilplekken over. Een verlaten muizenburcht of een scheurtje tussen stoeptegels volstaat. Let dus vooral op openingen op vochtige, beschaduwde en rustig gelegen plekken. Want waar weinig gestommel van mensen is — daar woont het lekker rustig.

Hoe herkent u een slangenhol in vergelijking met andere?

  • Slangen zijn lenig en kunnen door verrassend smalle openingen — een gat ter grootte van een munt van twee euro, bijvoorbeeld, is al ruim genoeg.
  • Ze verschuilen zich bij voorkeur onder struiken, tussen houtblokken van uw wintervoorraad of tegen (oude) muren en stapelmuren. Vooral schaduwrijke, koele zones zijn populair.

Er zijn duidelijke aanwijzingen die op een slang kunnen duiden:

  • Vindt u stukjes doffe, droge slangenhuid rondom het gat? Slangen vervellen regelmatig en doen dat vaak vlak bij hun schuilplek.
  • Ziet u kronkelende afdrukken of ondiepe rimpels in de aarde? Dat zijn herkenbare glijsporen van een kruipende slang.
  • Hun uitwerpselen zijn uniek: langwerpig, donker, met meestal een wit uiteinde (restje urinezuur, wat vogels en slangen gemeen hebben).

Twijfelt u of u een slang in de tuin hebt? Belangrijk: blijf kalm. De meeste Nederlandse slangen zijn totaal niet agressief en ontwijken menselijk contact liever. Steek nooit zomaar uw hand in een onbekend gat — en ga vooral niet met een oude bezemsteel “even voelen”. Daarmee jaagt u het dier schrik aan en riskeert u een verdedigingsreactie.

Het beste wat u kunt doen: houd afstand, observeer een paar dagen en let extra op slangenhuid, sporen of herhaalde bewegingen rond het gat. Ziet u duidelijke tekenen of twijfelt u? Neem contact op met een specialist, bijvoorbeeld de dierenambulance of een lokale ongediertebestrijder — in de Randstad opereert bijvoorbeeld WildlifeHelpNL, terwijl in Friesland veel mensen bij Slangenopvang Sneek aankloppen. Zij kunnen veilig vaststellen om welke soort het gaat en nemen het dier professioneel weg — stressvrij voor mens én slang.

Een ogenschijnlijk doodnormaal gat in uw tuin kan dus een verrassing of zelfs een “wow”-moment opleveren. Veel soorten zijn ongevaarlijk, maar voorzichtigheid is belangrijk. Hoe voorkomt u slangenbezoek? Simpel: houd de tuin netjes, ruim snoeiafval en puin direct op, dicht gaten tussen muur en grond — en verwijder oude bloempotten, planken of stenen waar dieren onder kunnen kruipen. Zo verkleint u de kans op ongewenste logees.

Samengevat: wie de slangengedragingen een beetje kent en preventieve stappen neemt, hoeft niet zenuwachtig te worden van de natuur aan huis. In een opgeruimde tuin, mét oog voor de omgeving, is samenleven met wilde fauna in Nederland anno 2025 vooral een bijzondere — en vaak leerzame — ervaring.

admin
admin

Pim de Vries is een nieuwsgierige onderzoeker die verbluffende feiten en wetenswaardigheden uit de hele wereld verzamelt. Hij maakt complexe onderwerpen begrijpelijk en inspirerend voor iedereen.

Artikelen: 269