Een Britse speciale eenheid in Afghanistan: mogelijke oorlogsmisdaden en de cover-up

Een beleidsbeslissing die tot controverse leidde

Volgens het onderzoeksrapport was er binnen een Britse speciale eenheid in Afghanistan sprake van een opzettelijk beleid dat gericht was op het doden van strijdbare mannen, zelfs wanneer deze geen bedreiging vormden. Deze aanpak werd door sommige leden van de eenheid uitgevoerd en lijkt niet op incidentele fouten, maar op een gestructureerde strategie.

Uit een notitie van 7 april 2011 blijkt dat een hooggeplaatst officier de directeur van de Britse speciale operaties waarschuwde voor deze beleidslijn en de zorgen van de commandant van de eenheid overbracht. De notitie beschrijft dat de commandant de indruk had dat het beleid erop gericht was om strijders doelbewust te elimineren, ook wanneer er geen onmiddellijke dreiging was.

De rol van de leiding en de poging tot verdoezeling

Volgens de verklaring van de officier, gecodeerd als N1466, was er sprake van een bewuste beslissing om mogelijke oorlogsmisdaden te verzwijgen. De officier, die als assistent-chef van de staf voor operaties gedurende diens verblijf bij de headquarters van UKSF werkte, stelde dat er bewustinformatie werd achtergehouden om het imago van de eenheid en het ministerie te beschermen.

N1466 gaf aan dat de directeur, bekend als N1802, informatie over vermeende moorden opzettelijk onderdrukte. Er werd gecontroleerd welke gegevens werden gedeeld en er was een bewust beleid om informatie over dodelijke operaties te beperken, met als doel schade voor de reputatie van de eenheid en het ministerie te beperken.

Wetenschappelijke bewijsvoering en incidenten

In de getuigenverklaringen, waaronder een interview uit oktober 2018, wordt beschreven dat leden van de eenheid een huis binnengingen en met schotwonden een kamer onder een muskietennet aantroffen. Toen het net werd opgetild, bleken daar vrouwen en kinderen te schuilen te zitten. De beschrijving benadrukt dat het incident werd verborgen en de betrokken soldaat mogelijk een onderscheiding ontving om het legaal te laten lijken.

Een ander incident betrof de vermeende schietpartij op twee kinderen in 2012, Imran en Bilal, die in hun bed werden getroffen. De officier benadrukte dat veel collega’s niet lid waren geworden van de eenheid voor dergelijk gedrag en dat het niet de normen en waarden was waarop de eenheid was gebaseerd.

Ontwikkeling binnen het onderzoek en de publieke verantwoording

De getuigenissen en documenten tonen dat er binnen de Britse militaire top twijfel en afdoening bestaan over de verklaringen en bewijzen van vermeende oorlogsmisdaden. Het ministerie van Defensie en de betrokken instanties hadden geprobeerd de verspreiding van gevoelige gegevens te beperken, onder het mom van nationale veiligheid en privacy.

Daarnaast werd er in 2023 een uitgebreide beperking genomen op de toegang tot bewijsmateriaal, waarbij gegevens van de servers werden verwijderd, en werd er weinig transparantie betracht over de aard van de onderzoeken. Desondanks blijven beschuldigingen hangen dat de militaire leiding bewust probeerde de feiten te verbergen of te minimaliseren.

De maatschappelijke en juridische implicaties

De onderzoeken wijzen op een patroon waarbij mogelijk systematisch oorlogsmisdaden werden begaan, met betrokkenheid van verschillende eenheden en rapportages. De vraag blijft of de Britse autoriteiten adequaat hebben ingegrepen en het onderzoek niet actief hebben bemoeilijkt.

De wetgeving uit 2021, de Overzee Operaties Wet, biedt de militairen meer bescherming, onder andere met het afwijken van strafrechtelijke vervolging na vijf jaar en beperkende termijnen voor civiele claims. Voormalige slachtoffers en hun families betwijfelen of gerechtigheid ooit gerealiseerd wordt, mede door de talrijke pogingen tot het beperken van de transparantie.

De voortgang van het onderzoek en de toekomst

Het lopende onafhankelijke onderzoek richt zich op uitgebreide bewijzen van vermeende oorlogsmisdaden en de rol van het ministerie van Defensie in het verdoezelen ervan. Desondanks blijft de transparantie een uitdaging, mede door juridische obstructies en het verwijderen van bewijsmateriaal.

De getuigenverklaringen, waaronder die van N1466, blijven cruciaal voor het blootleggen van de feiten en het bepalen van de betrokkenheid van hogere officieren. Het is onzeker of het onderzoek tot een gerechtelijke vervolging zal leiden, zeker gezien de politieke en juridische spanning die het dossier omhult.

admin
admin

Pim de Vries is een nieuwsgierige onderzoeker die verbluffende feiten en wetenswaardigheden uit de hele wereld verzamelt. Hij maakt complexe onderwerpen begrijpelijk en inspirerend voor iedereen.

Artikelen: 942