“Ze doen het niet vanwege tijdgebrek.” Zijn grootouders afstandelijker geworden, of beleven ze deze levensfase simpelweg anders? Organisatiepsycholoog Ann-Kathrin Reuter gooide recent olie op het vuur op TikTok door te stellen: “Grootouders die weinig omgaan met hun kleinkinderen, doen dat niet omdat ze geen tijd hebben, maar omdat ze vroeger zelf al niet van ouderschap hielden.”
Afstandelijke opa’s en oma’s: egoïsme of juist een generatieverschil?
Volgens Reuter—geciteerd door de Frankfurt Rundschau—houden sommige ouderen bewust emotionele afstand. Niet per se uit egoïsme, maar uit onvermogen of onwil: “Ze hebben nooit geleerd om dichtbij te zijn. Sommigen wilden het niet, anderen konden het niet.”
Het onderwerp roept bij veel mensen herkenning én discussie op. De maatschappij is de afgelopen decennia drastisch veranderd — dat is voelbaar in talloze gezinnen. “Onze moeders en schoonmoeders waren veel vaker thuis en hadden tijd”, schrijft bijvoorbeeld een babyboomer op Facebook. “Wij, de opa’s en oma’s van 2025, werken tot ons 67e. Dan heb je soms gewoon niet de energie om in het weekend weer fulltime oppas te zijn.”
Familieadviseur Katharina Hübner voegt toe in een gesprek met BuzzFeed News Duitsland: “Huidige grootouders kun je echt niet over één kam scheren als ‘egoïstisch’. Hun houding heeft alles te maken met generaties, oude rolbeelden en de veranderingen in onze samenleving.”
Veel millennials zijn opgegroeid met grootouders van de “Stille Generatie” — mensen voor wie zorgen voor kinderen en kleinkinderen vanzelfsprekend was. De ‘babyboomers’ (nu met pensioen), kiezen tegenwoordig juist vaker voor reizen, persoonlijke ontwikkeling of hun oude vriendschappen. Tsja, wie in 2025 door de Utrechtse binnenstad loopt, ziet oma’s eerder naar yoga dan op de crèche.
Hübner merkt op dat deze generatie nooit goed heeft geleerd om hun eigen behoeften te erkennen. Daardoor kunnen ze zich overweldigd voelen door het grootouderschap. Wat voor jonge ouders soms als ongeïnteresseerd overkomt, is in werkelijkheid vaak het zoeken naar balans — tussen rust, vrijheid en familie.
Toch zijn er genoeg betrokken grootouders. “Als opa voel ik me echt verantwoordelijk om er te zijn voor mijn kleinkinderen”, zegt Christoph Much (67) uit Rotterdam. “Toen ik vader was, had ik het te druk. Nu haal ik die tijd met ze in.”
Wat betekent dit nu concreet?
- Verwacht niet dat iedere grootouder automatisch fulltime oppas is. Durf het gesprek te voeren: wat willen én kunnen zij eigenlijk?
- Houd rekening met actuele trends—van late pensioenen tot actieve levensstijlen. De tijd dat oma elke dag achter de rollator zat is écht voorbij.
- Probeer afspraken rondom oppassen flexibel en met respect af te stemmen. Eén dagje per maand kinderboerderij doet soms veel meer dan elk weekend logeren.
Wist u dat? Steeds meer Nederlandse families doen aan “co-ouderschap” tussen generaties. Bijvoorbeeld: opa past op woensdagmiddag op, buurvrouw neemt vrijdag over, zodat ouders én grootouders versoepelen.
Feit: in 2025 is bijna 40% van de gepensioneerde Nederlanders nog deels actief, ofwel met vrijwilligerswerk, start-ups of—ja hoor—een tweede jeugd. Flexibiliteit is het nieuwe zwart.
Uiteindelijk geldt: ieder gezin is uniek. Soms zijn grootouders afstandelijk, vaak zoeken ze balans. Een beetje begrip, duidelijke communicatie en samen lachen om de chaos—dat brengt alles dichterbij. Zelfs in een tijd van volle agenda’s en vliegensvlugge jaren.